VVAZ
Intermedis

Klik hier voor
onze diensten

Intermedis A & A

Kifid: Rabo schond zorgplicht AOV, maar klant leed geen schade

Geplaatst op: 03-10-2018, 19:28:34

Rabobank heeft haar zorgplicht geschonden door een veehouder er jaren na het afsluiten van een AOV niet op te wijzen dat er inmiddels dekking mogelijk was voor beroepsarbeidsongeschiktheid. Dat oordeelde Kifid in een klachtzaak die de arbeidsongeschikte boer had aangespannen. Geld kost de uitspraak Rabo niet, want volgens de Geschillencommissie is er geen sprake van schade. Kifid acht het niet aannemelijk dat de klager voor het veel duurdere alternatief zou hebben gekozen.

De veehouder sluit in 1986 na een advies van Rabobank een Budget Arbeidsongeschiktheidsverzekering af bij Klaverblad. De AOV biedt het eerste jaar dekking op basis van het criterium voor beroepsarbeidsongeschiktheid. Voor de jaren daarna gold het criterium ‘passende arbeid’. Op het moment van afsluiten was het nog niet mogelijk een AOV af te sluiten geheel volgens het criterium beroepsarbeidsongeschiktheid.

‘Geen bijzonderheden’

Die mogelijkheid komt er ruim tien jaar later wel. Volgens de boer zou het vanaf 1997 de norm zijn. Hij verwijt Rabobank als zijn adviseur dat die hem daar niet op heeft gewezen. Volgens hem is er sprake van zorgplichtschending. De bank heeft hem in 2008 en 2009 brieven gestuurd over zijn verzekeringen, maar daarin stond dat daarover geen bijzonderheden waren te melden. “De Adviseur wist, althans had moeten weten, dat er juist wél bijzonderheden waren te melden, namelijk dat het (al eerder) mogelijk was een arbeidsongeschiktheidsverzekering af te sluiten geheel volgens het criterium ‘beroepsarbeidsongeschiktheid’ en had Consument daarop moeten wijzen”, betoogt hij bij Kifid.

Voor de veehouder is dat van belang, want hij is in 2010 daadwerkelijk arbeidsongeschikt geraakt. Doordat hij niet wist dat hij zijn AOV had kunnen aanpassen, lijdt hij nu schade. Zelf raamt hij die op ruim € 37.000, gebaseerd op een te lage uitkering over een periode van vijf jaar. Hij is bereid het verschil in premie van die claim af te trekken.

‘Bal bij consument’

Rabobank vindt dat er van zorgplichtschending geen sprake is. Volgens de adviseur lag de bal vanaf 1997 bij de consument. Die had kenbaar moeten maken dat zijn AOV niet meer passend zou zijn. Volgens Rabo was de tijdgeest destijds zo. Daarnaast betoogt de bank dat ze in 2008 en 2009 de veehouder heeft uitgenodigd in gesprek te gaan. Die is niet op die uitnodigingen ingegaan.

De Geschillencommissie van Kifid veegt die argumentatie van tafel. Volgens de commissie heeft Rabo niet kunnen aantonen dat het tussentijds de passendheid van de AOV heeft getoetst. Dat had wel gemoeten. De bal lag wel degelijk bij Rabo “als professional met kennis van de producten”. “Evenmin heeft de Adviseur de mogelijkheid besproken tot aanpassing van het product, naar een dekking uitsluitend op basis van beroepsarbeidsongeschiktheid. De Commissie concludeert dan ook dat de Adviseur in zijn verplichtingen jegens Consument is tekortgeschoten.”

De brieven van 2008 en 2009 pleiten de bank beslist niet vrij, zegt Kifid. Ze zijn “dusdanig algemeen opgesteld dat Consument daaruit niet behoefde op te maken dat een adviesgesprek noodzakelijk was. Integendeel, in die brieven is juist vermeld dat er geen bijzonderheden te melden zijn”, aldus de uitspraak.

Schadeclaim afgewezen

Geld kost deze veeg uit de pan Rabobank niet. De boer stelt dat hij bij een juist advies van Rabo een AOV met uitgebreidere dekking zou hebben afgesloten. Hij zou ook bereid zijn geweest daar een hogere premie voor te betalen. Dat gelooft de Geschillencommissie niet. De boer koos in 1986 voor een budgetpolis. Kifid noemt het niet aannemelijk dat hij later voor een uitgebreidere en “aanmerkelijk duurdere” AOV zou hebben gekozen. De schadeclaim wordt daarom afgewezen.

Bron: publicatie van Paul de Kuyper van 3 oktober 2018 op www.amweb.nl  

Vorige pagina